Het is januari 2023 en koud. Zo koud dat ik verwacht een appje te krijgen dat het fietsen niet door zal gaan maar nee, we gaan gewoon fietsen. De dienstdoende piloot staat al bij de riksja te wachten zie ik, terwijl ik over het balkon kijk. Makkelijk als je tegenover het zorgcentrum woont. Snel pak ik mijn jas, wat extra handschoenen en een muts.
Terwijl we bij het zorgcentrum nog snel een kopje koffie drinken wordt de eerste liefhebber in de rolstoel gebracht. Mevrouw x is al veel vaker mee geweest en geniet altijd van het buiten zijn. De verpleging rolt haar naar buiten en helpt haar op het tweezits-bankje. Mevrouw draagt pantoffels.
‘Is dat niet wat fris?” vraag ik bezorgd terwijl ik, met toestemming, haar een Boliviaans mutsje met oorwarmers op zet dat ik nog snel van huis mee griste. Het is altijd kouder dan de bewoners denken en aan een muts denkt haast niemand en ook de handschoenen zijn altijd zoek. Mevrouw draagt alleen nog maar pantoffels, haar voeten worden steeds dikker, geen schoen zit meer lekker, vertelt de verpleging.
Mevrouw x is gezellig verward en herhaalt haar zinnen continue: ‘Oohh wat is dit heerlijk, Ohh wat heb je hier toch mooie pandjes, zo maken ze ze tegenwoordig niet meer… Oh en wat wil ik jullie graag een kopje koffie aanbieden. Ik heb speciaal mijn tas en portemonnee meegenomen.’
‘Dat hoeft niet hoor, we hebben niet zo veel tijd en gaan alleen een stukje fietsen in de binnenstad’, zeg ik. Op de markt maak ik een foto van haar. Dik ingepakt met muts bril en deken herken je mevrouw niet, maar haar brede stralende 92-jarige glimlach zie ik nog wel.
Na afloop herhaalt ze nogmaals dat ze ons vrijwilligers zo graag een kopje koffie had willen aanbieden, zo jammer dat dat niet kon. Ze kan ook nergens meer wat geld aan uitgeven. ‘Misschien wilt u dan wat geld in het donatiepotje doen dat op de bagagedrager zit?’ suggereer ik.
Dat wil mevrouw wel. De tot de draad versleten leren handtas wordt geopend waarna een net zo kaal beursje geopend wordt waar drie munten in zitten: een plastic schijfje van de AH voor een winkelwagen, een euromunt en een twee euro munt. Tevreden pakt mevrouw de euromunt en stopt deze in het blikje. Ze kijkt ons dankbaar aan en zegt: ‘Jullie zijn goud waard, puur goud.’
Jolanda Kwakernaak.